“Waar is Assepoester toch gebleven? Assepoester, Assepoester… waar ben je?” De boekmeesters op de bovenste plank maken zich zorgen. Ze zijn in vergadering Assepoester is al drie dagen kwijt, ze hebben vrijwilligers vanuit de boekenkast gevonden om te helpen zoeken. Op iedere plank in ieder boek en op iedere regel wordt gezocht. Maar tot nu toe niets.
Ook Cherlok Holms heeft zijn diensten aangeboden, hij is heel de dag in de weer om ieder personage in de boekenkast te ondervragen, maar niemand echt niemand heeft haar gezien, geen enkel spoor. Hielke en Sietse pluizen alle kinderboeken uit van de onderste plank, ze worden geholpen door hond Bobbie van Kuifje. “Hey Bobbie oude rakker, waar is jou baasje eigenlijk gebleven? Vraagt Sietse. “Ik heb Kuifje ook al dagen niet gezien volgens mij.” In een mum van tijd is het nieuws ook boven bij de boekmeesters aangekomen. Dit is toch wel heel raadselachtig. “Pinkeltje jongen, heb jij ook niks gezien, jij bent toch Kuifjes beste vriend?” Pinkeltje schrikt op, hij was net op weg naar… “Eh nee, nee ik zou het niet weten hoor.” Hij houd een volle knapzak geschrokken voor zich uit.
Ondertussen als de schemer de boekenkast bereikt, loopt Cherlok Holms langs de onderste boekenplank. “Psst psst… Cherlok hier.” Cherlok kijkt tussen de boeken en staat oog in oog met Ballerina. “Cherlok, Pinkeltje en ik hebben eigenlijk belooft niks te zeggen, maar ik merk dat iedereen zo ongerust is, ik moet het zeggen.” “Wat dan Ballerina?” “Assepoester en Kuifje zijn verlieft geworden. Ze weten dat dat niet kan, hun verhalen zouden nooit bij elkaar kunnen komen. Daarom zijn ze samen weggelopen. Ze zitten niet meer in de kast maar bovenop de kast. Pinkeltje brengt ze iedere dag eten.”
Cherlok Holms is opgelucht, hij heeft het raadsel op kunnen lossen. Hij besluit nog niet gelijk het prille geluk van het jonge stelletje te verstoren. Hij gaat een plannetje bedenken, hoe Assepoester en Kuifje in de toekomst toch samen kunnen zijn.